Kook dit gerecht in deze stappen

  1. Doe de rijst in een kookpot en voeg er 800 ml water aan toe. Laat de rijst op een zacht vuur garen. Hou de gare rijst warm tot je hem moet wokken.

  2. Pel de uien en schil de gember. Snipper beide heel fijn. Pel de teentjes look en duw door de lookpers. Snij het chilipepertje grof en meng met de look, ui en gember.

  3. Verwarm de wok op een matig vuur. Giet een scheutje arachideolie in de wok en voeg de look, ui, chilipeper en gember toe. Stoof de mengeling gedurende enkele minuten.

  4. Voeg de sambal toe en laat nog enkele minuten stoven.

  5. Breek de eieren in een kommetje en klop ze los.

  6. Maak een kuiltje in het midden van de wokpasta en giet de losgeklopte eieren erin. Laat de eieren even garen en roer tot je stukken gestold ei bekomt. Meng alles voorzichtig.

  7. Haal het krabvlees uit het blik en laat uitlekken. Verkruimel de stukken krabvlees in de wok. Verhoog het vuur en voeg ook de gekookte rijst toe. Roer en laat de rijst meebakken.

  8. Strooi als laatste de diepvrieserwtjes in de nasi en stoof ze in een paar minuten gaar.

  9. Pluk de korianderblaadjes van de steeltjes.

  10. Schep de nasi in de verschillende kommetjes en werk af met de korianderblaadjes.