Stamppot van radijsjes met worst

Stamppot van radijsjes met worst

Kook dit gerecht in deze stappen

  1. Schil de aardappelen en snij in grove stukken. Kook ze gaar in licht gezouten water.

  2. Breng water aan de kook en gaar de eitjes 3 min zacht.

  3. Spoel de radijzen en het loof om het zand te verwijderen.

  4. Snij het loof tot op 1 cm van de radijzen. Verwijder de worteltjes. Halveer de radijsjes (snij grotere exemplaren in 4 of 6) en snipper het loof fijn.

  5. Verhit wat boter in een sauspan. Roer het loof erdoor zodat het gaat slinken. Voeg de roomkaas toe en laat smelten.

  6. Giet de aardappelen na gaartijd af en laat drogen op een zacht vuur. Stamp tot puree met de roomkaas en het loof en voeg 1 el boter toe. Kruid met zwarte peper, zout en nootmuskaat.

  7. Verhit wat boter in een pan. Roer de gehalveerde radijzen erdoor. Kruid met zwarte peper en zout. Blus met 50 ml water en laat gaar stoven tot het vocht verdwenen is en de radijzen gaar zijn.

  8. Bak de worsten aan beide zijden mooi bruin op een matig vuur in wat boter. Dek af met een deksel en laat 5 min op een zacht vuur verder garen.

  9. Rooster de pijnboompitten goudbruin in een pan zonder vetstof.

  10. Snij de bieslook fijn.

  11. Schep wat van de stamppot op ieder bord. Werk af met gegaarde radijsjes en bestrooi met bieslook en pijnboompitten. Serveer met worst, een zachtgekookt eitje en een mooie pluk kervel.