Taartjes met chocolade en boompjes

Taartjes met chocolade en boompjes

Kook dit gerecht in deze stappen

  1. Deeg: doe 120 g zachte boter in een kom en klop tot een zalf. Voeg 60 g bloemsuiker, het amandelpoeder, het ei, het zout en het vanille-extract toe en klop luchtig met een klopper. Voeg er als laatste beetje bij de beetje de gezeefde bloem bij en meng voorzichtig. Giet het deeg tussen 2 vellen bakpapier en rol uit tot op 3 mm dikte. Zet voor minstens 1 uur in de koelkast.

  2. Smeer de bakringen in met boter. Haal het deeg uit de koelkast en vul de bakringen. Druk goed aan en snij het teveel aan deeg eraf. Gooi dit niet weg, want hiervan worden de boompjes gemaakt. Zet de taartjes 15 minuten in de koelkast alvorens ze af te bakken.

  3. Rol het resterende deeg uit en steek of snij er boompjes uit. Leg op een bakplaat en bak samen met de taartjes gedurende 10 à 15 minuten.

  4. Verwarm de oven ondertussen voor op 150°C. Zet de koude taartjes in de oven en bak gedurende 15 minuten. Haal de gebakken taartjes en boompjes uit de oven. Haal de taartjes uit de bakringen. Laat beide afkoelen op een raster.

  5. Bereid ondertussen de ganache: verwarm de room in een pannetje. Giet over de in stukjes gehakte chocolade en meng tot je een gladde, glanzende crème bekomt. Voeg 60 g boter in stukjes toe en meng grondig. Giet de ganache in de afgekoelde taartjes.

  6. Steek de afgekoelde boompjes in de taartjes.

  7. Bestrooi met wat bloemsuiker net voor het opdienen.