Atjar: Indonesische gepekelde salade

Verwarm de oven voor op 140°C.

Snij de komkommer in de lengte middendoor en verwijder de zaadjes met een koffielepel. Snij het vruchtvlees in repen van 5 cm lang en 5 mm dik.

Schil de wortels en snij ze zoals de komkommer.

Verwijder de steelaanzet en zaadlijsten van de paprika. Snij de paprika in repen.

Maak de boontjes schoon.

Snij de ananas in blokjes van 1,5 cm.

Breng een pot licht gezouten water aan de kook en voeg 15 cl rijstazijn toe.

Blancheer de groenten in porties; komkommer 30 sec, bloemkool en paprika 1 min, bonen en wortels 2 min.

Laat uitlekken. Stort op een bakplaat samen met de ananas en laat 15 min drogen in de oven.

Saus: pel de ui en teentjes look. Snipper de ui fijn en pers de teentjes look. Schil en rasp de gember.

Maal de macadamianoten fijn. Maal de pinda’s apart.

Roerbak de ui, look en gember in een wok met olie op middelhoog vuur. Voeg na 1 min de macadamianoten en kurkuma toe. Bak 30 sec mee en roer alles goed om. Voeg de pinda’s en de rest van de azijn en evenveel water toe.

Breng aan de kook en voeg de groenten toe. Laat sudderen tot de groenten beetgaar zijn (voeg gelijke hoeveelheden azijn en water toe als het te droog is).

Breng op smaak met suiker en zout.

Roer goed door en laat afkoelen. Plaats minstens 1 u in de koelkast maar liefst een hele nacht.

Garneer met fijngesneden chilipepers, sesamzaadjes en korianderblaadjes. Atjar is 3 à 4 dagen houdbaar in de koelkast.