Seldersoep met appel en hazelnoot

Rooster de hazelnoten in een droge koekenpan en hak ze grof.

Pel de ui en snij in ringen. Hak de selderstengel grof. Schil de knolselder en snij in stukjes.

Steek het klokhuis uit de appels en snij ze in kwarten.

Verhit 2 eetlepels olijfolie in een ruime pot en stoof hierin de uiringen samen met de selder tot ze zacht zijn.

Voeg de knolselder en appelstukken toe. Rits de tijmnaaldjes van de steeltjes en voeg toe.

Overgiet met bouillon, kruid met peper en zout en breng aan de kook.

Zet het vuur lager en laat 30 minuten sudderen tot de knolselder zacht is.

Bewerk met de staafmixer en roer de helft van de room erdoor. Breng op smaak met versgemalen peper en zeezout.

Verwarm een flinke scheut olie in een pan en bak hierin de salieblaadjes krokant, laat uitlekken op keukenpapier.

Verdeel de soep over voorverwarmde kommen.

Werk af met de rest van de room en enkele druppels olijfolie.

Bestrooi met krokante salieblaadjes, geroosterde hazelnoten en serveer.