3x peterseliewortel

Schil de peterseliewortels.

Rasp met de dunschiller 2 peterseliewortels tot lange repen.

Frituur de slierten op 150°C tot ze goudgeel zijn en bestrooi ze direct met zout.

Snij ½ van de overige peterseliewortel in een zo klein mogelijke brunoise.

Snij de rest van de peterseliewortel in kleine stukken en kook gaar in water met een snuifje zout. Giet de gare peterseliewortel af, mix glad met 1 dl room en kruid met peper en zout.

Was en pluk de bladpeterselie. Blancheer de peterselie 3 min in kokend water. Giet af en verfris in ijswater. Giet het ijswater af en dep de bladpeterselie droog.

Mix de koude gekookte peterselie glad met de arachideolie. Laat uitlekken door een fijne zeef met neteldoek tot een groene olie.

Kook 2 dl room op met de sushi-azijn en verkruimel de feta in de hete room. Kruid met peper en zout.

Bak de brunoise van peterseliewortel beetgaar in het klontje boter en kruid met peper en zout.

Schep een hoopje van de peterseliewortelcrème in het midden van een diep bord. Giet de warme fetasaus rond de crème. Druppel de groene olie door de saus.

Werk af met de gebakken stukjes peterseliewortel en de chips van peterseliewortel.