Lasagne

Giet een scheutje olijfolie in een grote kookpot. Bak het gehakt rul in de hete olijfolie. Roer regelmatig om.

Pel de uien en snij fijn. Pel de look en plet tot pulp. Voeg de uien en look toe aan het gehakt en laat meestoven.

Schil de wortelen en snij in fijne brunoise. Spoel de courgette en snij ook in kleine blokjes. Voeg beide toe aan het gehakt en laat meestoven.

Reinig de champignons, snij in grove stukken en doe ook in de kookpot.

Laat het gehakt met de groenten op een zacht vuurtje verder stoven. Kruid met peper, zout en Provençaalse kruiden. Giet de rode wijn bij het gehakt en laat de wijn even uitkoken. Voeg de passata toe en laat de saus nog 10 min sudderen op een zacht vuur. Proef en kruid indien nodig bij met peper en zout.

Maak een roux door de boter te smelten met de bloem. Laat het bloemmengsel al roerend opdrogen. Giet de melk bij de roux en laat de saus al roerend binden. Zo bekom je een gladde bechamelsaus. Meng ½ van de gemalen kaas door de saus. Kruid met peper, zout en nootmuskaat.

Verwarm de oven voor op 180°C.

Giet een dun laagje kaassaus op de bodem van de ovenschotel. Leg daarop een 1ste laag lasagnevellen. Schep er een 1ste laag tomatensaus met gehakt op en strijk egaal uit over de hele ovenschotel.

Leg hierop een 2de laag lasagnevellen. Verdeel hierover een nieuwe laag met tomatensaus.

Herhaal puntje 9 tot de schaal net niet gevuld is. Zorg dat er bovenaan een laagje tomatensaus ligt. Giet de rest van de kaassaus erover en verdeel gelijk over de hele schotel.

Strooi de rest van de gemalen kaas erover.

Zet de ovenschotel in de voorverwarmde oven en bak gedurende 20 à 30 min. Serveer onmiddellijk.